Jaap Vlaming weet het zeker. ‘De steeplechase is met niets te vergelijken. Je gaat tien keer dood. Het is sterven en weer opstaan.’
De 60-jarige atleet en atletiektrainer van AV NOP loopt het iconische nummer al tientallen jaren en is dus een echte expert. Agnes Olgers profiteert van zijn kennis en bevlogenheid. Zij werd vorige week in de Deense havenstad Aarhus tweede op het Europees kampioenschap voor masters. ‘Een prachtig evenement om mee te maken. Het was schitterend’, aldus Olgers. Jaap Vlaming werd vierde, een prestatie waar hij buitengewoon tevreden over is. Hij haalde zes seconden van zijn persoonlijke record af. ‘Ik had er niet meer van kunnen maken.’
Perfect duo
De twee trainen samen en lopen samen wedstrijden. Olgers en Vlaming lijken een perfect atletiekduo te vormen. Door de categorie waarin ze vallen, lopen ze dezelfde afstand (2000 meter) en springen ze over steeples van dezelfde hoogte (76 centimeter). ‘Voor mannen onder de 60 jaar zijn de steeples 91 centimeter hoog. Dat is echt hoog, hoor’, weet Vlaming. Voor Agnes Olgers was de steeplechase lang geen hot issue, tot dit seizoen. Ze leerde de techniek van Vlaming. In april liep de 48-jarige atlete haar eerste wedstrijd en kwalificeerde zich meteen voor de Nederlandse kampioenschappen.
Daarmee was haar eerste doel gerealiseerd: het NK lopen. Daarna ging het hard. Olgers en Vlaming werden in Gouda Nederlands kampioen en in Edam, waar ze eigenlijk als training aan een wedstrijd meedeed, liep Olgers een Nederlands record: 8.13.08. Vier seconden sneller dan het oude record. ‘Ik was helemaal niet bezig met dat record. Het kwam uit de lucht vallen.’ Het was een voorteken voor het succes op het EK. Vlaming: ‘Agnes liep de hele race op een bronzen plek. Totdat de Duitse instortte, dat gaf Agnes een enorme boost. Prachtig om te zien.’
Heel blijven
Olgers werd in Denemarken tweede in de categorie 45+ in een tijd van 8.16.02. De Spaanse atlete Pilar Alonso Castro, drie jaar jonger, was 15 seconden sneller. Geen nationaal record dus, maar een kampioenschap is vaak een tactische race. Olgers: ‘De eerste ronde had ik het gevoel dat ik iets moest inhouden.’ De komende tijd heeft de nummer twee van Europa één doel: heel blijven. Dat is al lastig genoeg. ‘Als je ouder wordt, verlies je elasticiteit en kracht’, weet kenner Vlaming. ‘De waterbak was vroeger een eitje, maar is nu een dingetje. De twee kilometer is zwaarder dan de drie kilometer vroeger.’
De Europese titel smaakt natuurlijk naar meer. Als je in het eerste serieuze seizoen al succesvol bent, ben je nieuwsgierig naar wat er nog meer in het vat zit. Agnes Olgers, zelfbewust: ‘Ik droom stiekem al van het WK, volgend jaar in Malaga. Een wereldkampioenschap, waarom niet? Ik ben nu tweede van Europa.’ De prachtige ervaring van het EK voor masters in Denemarken heeft het vuurtje bij Olgers en Vlaming opgepookt. ‘Masters zijn leuk’, vindt Vlaming. ‘De sfeer is altijd heel amicaal.’